1936-1939: Spaanse burgeroorlog
Barcelona werd in 1939 veroverd door de fascistische dictator Francisco Franco Bahamonde (kortweg: Franco). Hij regeerde Spanje 36 jaar lang. In die tijd, van 1939 tot 1975, werden alle regionale culturele uitingen de kop in gedrukt. Dat was vooral zwaar voor de provincie Catalonië. Alles wat met de taal en cultuur van Catalonië te maken had en alle vrijheden die de provincie zich door de eeuwen heen eigen gemaakt had, werden niet langer getolereerd.
Voorganger van de Tweede Wereldoorlog
Nog voor de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was weinig van het land Spanje overgebleven. De jarenlange oorlog had haar tol geëist en Spanje nam dan ook nauwelijks deel aan de Tweede Wereldoorlog. Wel leverde generaal Francisco Franco de Catalaanse, democratisch gekozen president Lluis Companys uit aan zijn vriend Adolf Hitler om hem te laten doden.
Verboden Catalaans
Daar bleef het niet bij. De Spaanse burgeroorlog (1936-1939) was in vele opzichten voor Catalonië en haar inwoners een doorn in het oog. Het automone Statuut van Catalonië- het oudste van heel Europa, werd door Franco verworpen. De Catalaanse cultuur werd onderdrukt en het gebruik van de Catalaanse taal of ideologieën in het openbare leven, betekende dikwijls letterlijk je dood. Franco betekende het einde van de democratische vrijheden en politieke partijen en menig Catalaan werd vermoord voor de meest dubieuze redenen.
Verloren kinderen
Ook het feit dat de kinderen van de linkse georiënteerde, progressieve en intellectuele Catalanen tijdens het Franco Regime express werden verwisseld door de Franco georiënteerde ziekenhuiszusters, om de kinderen niet te laten besmetten met de progressieve ideeën van hun ouders, staat bij veel oudere Catalanen nog sterk in het geheugen gegrift. Nog altijd weten duizenden kinderen (inmiddels bejaarden) niet wie hun daadwerkelijke familie is.
Franco´s dood
Pas na de dood van Franco in 1975, kreeg Catalonië opnieuw een culturele en poilitieke autonomie. Spanje kreeg weer een koning, Juan Carlos de I en Barcelona kon zich weer vrij ontwikkelen. De Generalitat werd in 1977 in ere hersteld en de gevluchte president Joep Tarradellas keerde terug naar Catalonië. Na goedkeuring van de Spaanse constitutie in 1978, kreeg Catalonië de status van Autonome Gemeenschap. Jordi Pujol was vanaf 1980 de eerste deelstaatpremier van Catalonië. Hij behield zijn functie 23 jaar.
11 September
De eerste wet die in 1980 werd aangenomen door de Catalaanse regering, is die van 11 september. Sinds 11 september 1980 deze dag- ookwel la diada genoemd- erkend als nationale feestdag van Catalonië. Op deze dag wordt gevierd dat Catalonië in 1714 haar onafhankelijkheid verloor. Het is daarmee een herdenkingsdag voor de herinnering aan het verlies van de vrijheiden van Catalonië, maar tegelijkertijd ook een wens tot het nationale herstel van Catalonië.