moren de moorse verovering van spanje

Moren: de Moorse verovering van Spanje

Na een reeks verkennende invallen, nam het Moorse leger, vanuit het Noord-Afrikaanse continent, in 711 de stad Gibraltar in beslag. Zeven eeuwen lang drukten zij zo hun stempel op het Iberische schiereiland. Zo verdween het Visigotische koninkrijk voorgoed van de kaart.

Hernieuwde vrijheid
Na de dood van de profeet Mohammed (570-632 n Chr.) werd het Arabische Rijk verder uitgebreid tot in Noord-Afrika. Hier gingen geruchten de ronde over de rijkdom in het verbrokkelde Hispania of ´al-Andalus´(het Vandalen eiland). Na de eerste beslissende overwinning op de Visigotische koning Roderic veroverden het islamitische Berberse leger al-Andalus binnen drie jaar.

De Berbers, die afkomstig waren uit het Atlasgebergte, voelden zich thuis in het droge landschap. Ze vestigden zich er en mengden zich met de plaatselijke bevolking. Rond de 9e eeuw had het Latijn plaatsgemaakt voor het Arabisch en de plaatselijke Romaanse talen. De verklaring van hun succes heeft te maken met de religieuze tolerantie, waarbij de joden en christen vrij stonden hun eigen godsdienst te belijden. In de afschaffing van de Romeinse wetten, waren de Iberiërs niet langer als slaven gebonden aan hun heersers. De Visigoten waren sterk verdeeld en waren meer uit op eigen belang, dan op het belang van het volk. Voor velen betekende de Moorse verovering dus een soort hernieuwde vrijheid.

Koninkrijk Austurias
Alhoewel het Visigotische koninkrijk langzaam maar zeker verdween, ging de Visigotische koning Don Pelayo in 718, de strijd tegen de Moren aan. Hij won de strijd tegen de Moren in de Slag bij Covadonga, in de bergen van Austurië en schiep als dank daarvoor het kleine koninkrijk Austurië. Pelayo bracht zo het islamitische leger de eerste nederlaag toe.

Hij zorgde voor een katholiek tegenwicht in een overwegend Moors gebied en wordt door velen gezien als de eerste ´koning van Spanje´, vandaar dat de huidige prinsen en prinsessen´Principes de Austurias´ worden genoemd. Van hieruit werd gedurende de volgende eeuw heel Noord-Spanje onder Christelijke heerschappij gebracht, totdat het land uiteindelijk verenigd werd onder het katholieke koningspaar.